Kabinet moet laten zien wat er te kiezen valt, ook als het om stikstof gaat
Door Jasper J. van Dijk
Bij de aanpak van de stikstofcrisis heeft Rutte IV twee opties: kiezen, of niet kiezen. Of het onteigent alleen de vijfduizend meest vervuilende boeren, of het verspreidt de ellende over alle 30 duizend betrokken boeren. Het ministerie van Financiën heeft deze twee opties naast elkaar gelegd. De gerichte aanpak zou slechts €10 mld. kosten, terwijl het gekozen alternatief wordt geraamd op €34 mld.
Het is jammer dat de analyse van Financiën pas naar buiten kwam toen er door iemand naar het NRC werd gelekt en er vervolgens expliciet door de Kamer om werd verzocht. Het is waardevol dat ministeries elkaar scherp houden door ook over de voornemens van andere departementen te adviseren. Het is nodig dat mensen weten dat er wat te kiezen valt. Zo had de regering ook onnodige maatschappelijke onrust rondom het stikstofdossier kunnen voorkomen.
Stelt u zich voor dat de regering de ambtelijke data-analyse van Financiën al had gedeeld en benut bij het nemen en communiceren van haar besluit. De regering had voor de verschillende scenario’s een helder inzicht kunnen geven in de argumenten voor en tegen. Op basis hiervan had de regering kunnen onderbouwen dat de gestelde doelen het beste worden bereikt met het voorkeursscenario (van de uitkoop van die vijfduizend boeren). Dit had de kwaliteit van het besluit en het draagvlak hiervoor kunnen vergroten. Bovendien maakt deze transparantie het besluit minder kwetsbaar voor relletjes vanwege gelekte stukken of verzoeken om openbaarmaking.
Het gebrek aan onderbouwing speelt niet alleen op het stikstofdossier, maar op vrijwel elk beleidsterrein. Denk aan het voornemen van het kabinet om twee kerncentrales te bouwen. De maatschappelijke doelstellingen van de overheid voor de Nederlandse energiemarkt zijn duurzaamheid, leveringszekerheid en betaalbaarheid. Drie termen die niet terugkomen in de recente brief van minister Jetten waarin hij de plannen van het kabinet op het gebied van kernenergie verder uitwerkt. Erik Stam laat in een recent ESB-artikel zien dat de koppeling tussen doel en maatregel ook onduidelijk is bij de kabinetsplannen voor het vestigingsklimaat.
Gelukkig zijn er ook situaties waarin het goed gaat. Zoals de aanpak van Staatsecretaris Van Rij toen de Hoge Raad eind vorig jaar besloot dat spaarders te veel belasting hadden betaald over hun vermogen in Box 3. De meeste spaarders die in een vergelijkbare situatie zaten, hadden niet meegedaan aan de rechtszaak. Deze ‘niet-bezwaarmakers’ worden niet (automatisch) gecompenseerd. Hoe moest de belastingdienst hiermee omgaan? Ongeacht uw inhoudelijke opvatting over dit vraagstuk, werkte het erg verhelderend dat Staatssecretaris Van Rij op voorhand de verschillende scenario’s met hun voors en tegens uiteenzette in een brief aan de Tweede Kamer.
Het zou het kabinet inhoudelijk en politiek helpen om voortaan altijd de keuzeopties helder in kaart te brengen en deze expliciet af te wegen. Vorig jaar heeft het kabinet beloofd om onderliggende adviezen – die door de bewindspersoon zijn gebruikt bij de besluitvorming – mee te zenden wanneer ze stukken naar de Kamer stuurt. Dit noemt het kabinet ‘actieve openbaarmaking’ in het kader van de meer open bestuursstijl. Dit wordt tot nu toe helaas vrij smal ingevuld. Meestal krijgen verschillende leden van het kabinet vanuit hun eigen ministerie adviezen over zo’n stuk, maar alleen de adviezen voor de verzendende bewindspersoon worden met de Kamer gedeeld. De kritische blik vanuit andere ministeries valt dus buiten de boot. Waar we in Nederland naartoe moeten is dat het kabinet bij elk besluit de onderzochte opties en de argumenten voor en tegen meestuurt. Dat had nu ook in het stikstofdossier een hoop ellende voorkomen.